Vandaag ga ik een onderdeel van de fotografie belichten dat ik bijzonder graag doe: fotoshoots op locatie.
Het is een onderdeel van de fotografie waar je met verschillende zaken moet rekening houden en niet alles heb je in de hand.
Wat ik ga bespreken:
- Wat is een portret?
- Wat is de moeilijkheid?
- Materiaal
- Voorbereiding
- De shoot zelf
- En dan?
- Wat kan je ermee doen?
Portret? Wat is dat?
Portret – zelfst.naamw. – (het; o; meervoud: portretten) – uitspraak: [pɔrˈtrɛt] :
- geschilderde, getekende of gefotografeerde afbeelding van een mens
- beschrijving, uitbeelding met woorden
- persoon: wat een vervelend portret
Tot zover de definitie van een portret. Ik ga het vanzelfsprekend niet hebben over de schilderkunst, al zijn er prachtige portretten te vinden in dat genre. Ik ga me echt houden tot de wereld van de fotografie. Al zijn er wel enkele raakpunten tussen deze twee disciplines, de portretten zijn toch eerder bijzonder verschillend.
Als je bij schilderkunst over een portret spreekt dan denk je onmiddellijk aan die geschilderde gezichten die je aan de muren in het stadhuis ziet hangen. Maar ook in de fotografie kennen we nog steeds dat soort portret. Denk maar aan het statieportret waar de Koning en Koningin afgebeeld staan. Deze ogen al veel moderner dan de geschilderde voorlopers, qua insteek zijn ze eigenlijk nog steeds hetzelfde: een statig beeld van een statig persoon maken. En dat is eigenlijk ook de reden waarom portretten ontstaan zijn: men wou de grote heren vastleggen zodat ze herdacht konden worden. De gewone burger werd niet geportretteerd. Daar had het volk geen geld voor. Een schilder huren om je te vereeuwigen was enkel weggelegd voor de gegoede klasse.
Maar de tijd stond niet stil en nieuwe technieken zagen het daglicht. Zo ontstond er in 1826 een fotografisch proces met gebruik van de camera obscura waarbij het beeld wel niet kon gefixeerd worden.
Vijf jaar later ontstond de techniek van daguerreotypie waarbij een afbeelding kon ‘gefotografeerd’ worden. Dit was nog steeds een zeer duur proces en doordat er geen negatieven gebruikt werden kon eenbeeld maar één keer geproduceerd worden. Maar dit dure proces opende wel de deuren naar nieuwe technieken zoals Calotypie,… en ging dit alles in een enorme stroomversnelling.
Amper 50 jaar later was het filmrolletje al goed ingeburgerd geraakt.
Deze bijzonder snelle ontwikkelingen zorgden ervoor dat fotografie betaalbaar werd voor de gewone burger. En dat begon je ook te zien. De portretten veranderden van statige beelden naar realistische beelden van de man en de vrouw in de straat. En jawel, men begon zelfs te experimenteren.
De mensen lieten zich niet alleen levend portretteren, ook de doden kregen hun laatste portret (dit was vooral in Victoriaanse kringen heel populair). Dit gebruik is in sommige landen nog heel hard aanwezig… En ja, in België doen we dit ook nog. Als vrijwilliger voor Boven De Wolken maak ik ook postmortem portretten. Het is vaak een laatste of enige herinnering.
En ja, ook Sephan Vanfleteren heeft indrukwekkend postmortemwerk gemaakt van onder andere Jan Hoet.
Maar is een fotoshoot standaard een portret? Het antwoord is simpel: neen. Bij een portret wil je de focus leggen op de persoon zelf, diens identiteit of diens persoonlijkheid. Een fotoshoot van een persoon kan veel ruimer zijn. Dit kan een ruimer portret zijn maar evengoed kan je de persoon laten figureren in je verhaal. De persoon wordt dan als het ware een deel van wat je wil tonen, niet het hoofdonderwerp op zich.
Een huwelijksreportage is een beetje de mengeling van de twee. Je maakt een dubbel portret en tegelijk maak je een verhaal van hun liefde voor elkaar.
Tot zover dit stukje geschiedenis maar het was nodig om naar het volgende punt te komen. Er zijn namelijk twee grote stromingen die je kunt weerhouden bij fotoshoots. En de benaming spreekt voor zich: shoots in studio en shoots op locatie. Terwijl de ene stijl kiest voor veiligheid van de studio, kiest de andere stijl voor het dynamische. Let op, elk onderdeel heeft zijn voor en na-delen.
Studioshoots worden vooral gemaakt als we de focus willen leggen op de persoon die we willen vastleggen. We kiezen de achtergrond, zetten de lichten klaar om ons beeld juist te maken en focussen ons op de persoon. In dit soort fotografie heb je alles onder controle en het heeft dan ook het voordeel dat je alles kunt aanpassen naar je wens. Voor commerciële doeleinden is dit perfect. En ook als je wil experimenteren met bijzondere kledij of make-up wil je toch rapper kiezen voor de zekerheid van de studio.
Maar laat dit nu net datgene zijn waarom ik liever op locatie fotografeer. Het verlies aan controle en het gevecht de controle terug te winnen.
Wat is de moeilijkheid
In tegenstelling tot werken in de studio ben je met shoots op locatie afhankelijk van verschillende zaken waar je weinig vat op hebt. Denken we hierbij aan volgende zaken:
- Weersomstandigheden (regen, wind,..)
- Lichtinval
- Onverwachte passages
- ….
Je hebt natuurlijk wel wat zaken onder controle maar veel moet je toch uit handen geven. Of je kan er op anticiperen. Ik hou de dagen voor een shoot op locatie het weerbericht nauwlettend in de gaten. Er is weinig wat me zal tegenhouden om de reportage te maken. Zware regenbuien zijn een echte afknapper, stormweer kan ook een afknapper zijn en jawel, een té zonnige dag houdt me ook wel eens tegen. Al moet ik ook rekening houden met het model dat het zeker minder leuk zal vinden om in de vrieskou te poseren, terwijl ik daar minder moeite mee heb.
Een andere moeilijkheid is dat je het licht ook amper onder controle hebt. Er is geen schakelaar of dimmer om het zonlicht te regelen, we kunnen de zon ook niet plots in het noorden zetten mocht dit beter uitkomen voor de foto en het is ook niet zo eenvoudig om je studiolampen mee te zeulen.
Er zijn dus heel wat zaken die roet in het eten kunnen gooien.
Op locatie wil wel niet altijd zeggen dat het buiten is. Je kan ook op locatie fotograferen binnen in een gebouw of onder een brug. Maar ook daar is niet altijd verwarming en ook daar ben je niet in de luxe van je studio die je door en door kent. Toch kan je binnen in een gebouw rap werken met een mobiele studio en dat brengt ons snel terug naar de studioportretten.
Om geen twijfel te zaaien ga ik het hierna enkel nog hebben over het fotograferen op locatie waarbij er geen voorzieningen zijn. Denk dan maar ergens midden in het bos, op het strand of midden in de stad waar je geen afdak hebt, waar er geen stopcontacten voorhanden zijn en waar je onderhevig bent aan de gunsten van de natuur.
Materiaal
In deze tijden zijn de meeste smartphones al voorzien van goede camera’s. Maar het blijven smartphones en geen fototoestellen. Wil je fotograferen en kwaliteit geven dan kan een behoorlijk fototoestel niet ontbreken. Hiermee bedoel ik spiegelreflexcamera’s of systeemcamera’s die je een heel eind op weg helpen.
Belangrijk is dat je je toestel beheerst en dat je controle hebt over je toestel, dat je zelf je instellingen kan aanpassen naar de noden van het moment. Het kunnen aanpassen van de instellingen is bij portretfotografie onmisbaar. Je moet snel kunnen aanpassen naar de omstandigheden van het moment. Denk maar aan een wolk die plots voor veel minder omgevingslicht geeft dan een seconde ervoor.
Sommigen zeggen ‘hoe hoger de prijs van je fototoestel, hoe beter de foto’s’. Wel, laat me dat even ontkennen. De duurdere prijsklasse zijn kwalitatief betere toestellen met meer mogelijkheden maar onthou: het is niet het toestel die de foto maakt maar de persoon die het toestel bedient. Een schilder kan ook mooie schilderijen maken met goedkope kwasten en goedkopere verf.
Wat wel belangrijk is voor een fotoshoot zijn de objectieven (de lenzen) waarmee je aan de slag gaat. Hiervoor moet je kijken naar 2 zaken: diafragma en brandpunt.
Verder ga ik het nog hebben over ander materiaal dat kan helpen bij fotografie op locatie.
Objectieven
DIAFRAGMA
Het diafragma bij shoots op locatie is iets minder belangrijk dan bij andere fotografiestijlen zoals concertfotografie. Het is wel belangrijk dat je een diafragma kiest met veel mogelijkheden. Terwijl men in studio kiest voor een diafragma van f/9.0 of f/11.0 lijkt me dat bij shoots op locatie veel moeilijker haalbaar. Je beschikt meestal niet over die krachtige lampen die je onderwerp perfect uitlichten. Objectieven met een diafragma van f/2.8 is zeker aan te raden. Hoe hoger je diafragma, hoe meer licht het objectief kan opvangen. Door je diafragma te vergroten kan je je sluitertijd verkorten waardoor je een fel bewegende persoon toch scherp kunt vast leggen.
Nu is het niet de bedoeling dat je model ter plaatste staat te dansen (al laat ik ze dat wel regelmatig doen), het kan ook helpen om het waaiende haar door de wind scherp te fotograferen.
Bovendien geeft je je beeld extra diepte door je diafragma te vergroten. Hoe lager je diafragma (f32) hoe vlakker je foto’s.
BRANDPUNT
Met brandpunt bedoel ik het bereik van je objectief. Wil je breed fotograferen of eerder in zoom?
Bij portretfotografie kan je kiezen. Veel hangt af van hoe je je persoon in beeld wil brengen. Kies je voor en gedetailleerd beeld of wil je meer kijken naar de omgeving?
Ik werk altijd met objectieven met een vast brandpunt. Deze lenzen zijn iets duurder en minder eenvoudig om mee te werken maar alles is een kwestie van gewoonte. Met deze lenzen kan je niet zoomen en is het aan de fotograaf om iets dichter en verder van de persoon te gaan staan om het juiste frame te pakken. Deze lenzen hebben het absolute voordeel dat het glas in het objectief van een veel betere kwaliteit is en dat zie je uiteindelijk toch op foto.
Ik neem meestal een 35mm en een 50mm mee voor zo een reportage. Met deze combinatie kan ik 95% van de portretten goed in beeld brengen.
Ander werkmateriaal
Naast je fototoestel en je objectieven kan je nog allerlei ander materiaal gebruiken om je foto’s op locatie te maken. Maar er zijn altijd grenzen aan wat je kan meezeulen. Tenzij je een legertje assistenten zou meenemen natuurlijk.
Het eerste wat ik extra zou meenemen is een reflectiescherm.
Een reflectiescherm is zoals het woord het zelf zegt een scherm om te reflecteren. Je kan het een beetje omschrijven als een draagbare maan. Een maan reflecteert zonlicht naar de donkere kant van de aarde. En je weet dat als je in het maanlicht wandelt dat dit licht nog heel veel klaarte kan geven.
Wel, zo een reflectiescherm doet hetzelfde. Deze reflecteert het licht van je lichtbron (meestal de zon tenzij je met extra belichting werkt) naar het deel van de persoon dat daardoor veel schaduw vangt.
Op die manier maak je het verschil tussen de belichtte kant en de niet-belichtte kant minder hard. Zoals je op de foto hiernaast ziet zijn er verschillende varianten. Goudkleurige reflectoren zorgen voor meer warmte terwijl de grijzere net koeler gaan zijn.
Je kan de grote varianten van deze schermen ook gebruiken als een soort parasol om je onderwerp uit het harde zonlicht te zetten. Daarover later meer.
Wat ken je nog gebruiken voor een shoot op locatie? Extra belichting?
Je kan altijd vertrouwen hebben in de zon. Maar de zon werkt niet altijd goed mee. Soms is ze heel hevig en dan krijg je een enorme schaduwslag op het gezicht wat geen mooi beeld is natuurlijk. Of soms wil je je onderwerp net dat extra oplichten door het letterlijk op te lichten.
Hiervoor gebruik je best extra lichten. En daarin is de keuze gigantisch. Je kan gaan voor de opzetflitser, de mobiele studioflitser of voor een statische lichtbron. Ik ga hieronder ze alledrie kort beschrijven met hun voor en nadelen.
De opzetflister kennen de meesten onder jullie wel. Deze compacte flitsers kunnen heel wat aan maar hebben het wel heel moeilijk bij straf zonlicht. Ook hierin geldt de theorie: hoe duurder, hoe beter. De duurdere modellen hebben meestal meer kracht en kunnen ook off-shoe gebruikt worden. Off-shoe wil zeggen dat ze losgekoppeld kunnen worden van je toestel om zo uit een andere hoek te flitsen. En dat is een groot voordeel. Het flitsen van op de camera zorgt voor een zeer direct licht dat recht op je onderwerp flitst. Hierdoor krijg je vooral veel licht op het voorhoofd van je model en krijg je weinig diepgang in je beeld. Wil je toch frontaal flitsen dan is een ringflitser zeker aan te raden. Ik heb dat niet want ik zou het veel te weinig gebruiken, omdat ik graag meer diepgang in mijn foto wil hebben. Als ik dan toch een opzetflitser gebruik dan heb ik deze aan een kabel zodat ik als het ware toch off-shoe werk, zonder daarvoor het duurdere model te moeten kopen.
De mobiele studioflitser en de statische lichtbron zijn veel krachtiger. Deze zijn wel veel minder makkelijk om mee te nemen. Deze zijn voorzien van batterijen en kunnen dus overal ingezet worden. Je kan ook al mobiele batterijen kopen om je studioflitsen op aan te sluiten. Maar let op, dat is weer iets extra om mee te nemen.
De studioflitsers zijn meestal zeer krachtig en doen perfect wat ze moeten doen. De statische lichtbronnen doen ook wat ze moeten doen, hebben het voordeel dat je op voorhand ziet welk resultaat het licht geeft op je model maar als grote nadeel hebben dan ze dus constant hevig licht geven. Dat werkt verblindend en slorpt de batterijen direct leeg.
Voorbereiding
Voorbereiding is zeer belangrijk. Je moet op voorhand aan verschillende zaken denken. Is het een idee dat je zelf wil uitwerken of is het in opdracht? Wat wil je precies in beeld brengen, welk verhaal wil je brengen, hoe wil je de geportretteerde naar voor brengen, welke locatie ga je hiervoor gebruiken, wat is het beste uur om de foto’s te maken,…?
Je merkt het, je basisidee moet al redelijk concreet zijn. Je moet een beeld voor ogen hebben dat je wil uitwerken. Een feeërieke sfeer proberen te maken door een shoot in het centrum van de stad is misschien niet het beste idee.
Is het een shoot op locatie in opdracht dan bestaat de kans dat je echt aan je lot bent overgelaten. Ik heb al een portret moeten maken op 2 minuten tijd. Veel tijd om iets uit te werken was er dan niet en dan moest ik terugvallen op mijn basiskennis en op de middelen die er voorhanden zijn.
Heb je wel tijd om alles voor te bereiden dan denk je best aan volgende zaken:
- Welk model past het best in dit verhaal. Als je zelf een model mag kiezen voor je portret dan ben je best zeer kieskeurig. Het juiste gezicht is geld waard.
- Welke locatie gebruik ik om mijn verhaal te vertellen?
- Op welk moment van de dag staat de zon aan de juiste kant (tegenlicht wil je echt vermijden)
- Heb je nagedacht over de kledij en de make-up? (Een juiste keuze en goede make-up zorgen letterlijk voor een boost van je foto)
- ….
Model
Als je weet wat je in beeld wil brengen en je mag zelf kiezen met wie je hiervoor gaat samenwerken dan neem je best even goed de tijd om een geschikt model te kiezen. Je zal misschien wel iemand kennen die graag eens op foto staat maar je moet je afvragen of die persoon wel past in je verhaal en of je niet teveel energie gaat verliezen in het aansturen.
Let op: ik werk zeer graag met personen die geen ervaring hebben. Ze hebben iets natuurlijks in zich. Terwijl een model zijn of haar vaste poses heeft kan je met een onervaren persoon veel flexibeler werken. Maar een model heeft als extra voordeel dat ze zichzelf door en door kennen en dus rapper kunnen aangeven wat wel of niet kan. En ze hebben ook al iets meer ervaring met bepaalde poses. Want zeg nu zelf: zou je uit jezelf in bepaalde houdingen staan zoals je ziet op foto?
Maar waar kan je een model vinden? Er bestaan natuurlijk de agentschappen maar dan ga je direct in een hoge prijsklasse werken. Er zijn ook gespecialiseerde websites zoals Model Mayhem maar met de komst van sociale media is het aanbod nog veel ruimer geworden. Op facebook staan verschillende groepen waarin modellen wachten op een vraag voor een bepaald project. Of schuim eens instagram af met de hastag belgianmodel of ga naar insta/belgianbestmodels. Je zal verbaasd zijn van het aanbod.
En wat kost dat? Een model heeft zijn of haar prijs natuurlijk. Misschien is jouw project wel zo waanzinnig dat er de vraag komt om het TFT (of TFP of TFCD) te doen. TFT staat voor Time for Time. Het model poseert in ruil voor jouw tijd als fotograaf. TFP staat voor Time for Print: poseren in ruil voor wat afdrukken. In beide gevallen komt het op hetzelfde neer: model poseert in ruil voor enkele digitale bestanden. Zo boost je elkaars portfolio.
Locatie
Een locatie zoeken vergt tijd. Veel tijd. Ik zit soms uren op google maps te zoeken naar nieuwe plekken. Of ik bekijk foto’s die passeren op social media en ik probeer te achterhalen waar dat is. Of ik vraag aan bevriende fotografen of ze een schitterende plek kennen voor een bepaald idee. Als je elkaar een beetje kent en vertrouwt dan lukt dat wel. Denk maar niet dat een fotograaf zijn topplaatsen gaat verklappen aan iemand die hij niet kent, dat zou iets te makkelijk zijn.
Maar ook ter plaatse gaan kijken is belangrijk. Je eigen ogen geven toch een ander beeld dan dat van een andere fotograaf. Je zou eens de proef op de som moeten nemen en 2 fotografen dezelfde man in dezelfde kamer fotograferen. Wedden dat ze elk een ander stukje muur gaan kiezen als achtergrond? Belangrijk is wel om te onthouden dat je achtergrond dichtbij moet zijn. Het is niet omdat je ergens een mooi uitzicht hebt dat het ook een mooie achtergrond is. Als je achtergrond een vergezicht is dan ga je op foto vooral veel lucht zien. En dan is het voordeel van de omgeving wel ver weg. Laat je onderwerp deel uitmaken van de omgeving, dat is de kracht van fotografie op locatie: de omgeving maakt mee je verhaal.
Een mooie achtergrond zit soms achter een klein hoekje. Veel heb je soms echt niet nodig. En het is ook eens tof om achter je te kijken, misschien is daar net je gedroomde achtergrond.
Vergeet niet te kijken hoe je locatie gelegen is. De stand van de zon is veel bepalend. Wil je op voorhand kijken hoe de zon zal staan op het moment dat je voor ogen hebt dan raad ik je aan om de app Sun Locator te gebruiken. In deze app kan je precies zien waar de zon zal staan op een bepaalde plaats en op een bepaald moment. Je ziet zelfs hoe hoog de zon dan staat. Indirect weet je ook wanneer het gouden en het blauwe uur is.
Wil je heel duidelijk weten om welk uur het blauwe en het gouden uur beginnen dan kan je ook terecht op de app Phototime. Deze is zeer duidelijk op dat gebied.
En waarom nu net het gouden uur opzoeken? Wel ja, omdat het licht dan echt van goudwaarde is: lekker warm, zacht en niet te straf.
Ik zeg dat vaak tegen de mensen: geef me maar een bewolkte dag in plaats van een zonnige. De wolken zijn onze natuurlijke softboxen.
Make-up and styling
Als je zelf alles uitwerkt dan vergeet je best geen make-up. Als er budget is voor een MUA (Make-Up Artist) dan kies je hier bewust voor. De meerwaarde is onbetaalbaar. Ja, je kan vragen om aan de geportretteerde om zichzelf wat te schminken maar een MUA kan dit net iets beter, het is tenslotte hun job.
Ook hiervoor kan je terecht op de websites zoals Model Mayhem of op facebook. De groepen waarin deze zich aanbieden zijn ontelbaar. Maar een goede MUA vinden is echt een werk van lange adem. Weet goed wat je wil en maak het ook voldoende duidelijk. Een overdaad aan schmink kan je gewenste beeld om zeep halen.
Een MUA werkt altijd met een vergoeding. Er zijn natuurlijk uitzonderingen maar normaal is hier een vergoeding zeker noodzakelijk. Ze steken er niet alleen hun tijd in maar ook nog eens materiaal. Sommige MUA’s willen zich nog op de markt aanbieden en die kunnen hun diensten nog goedkoop aanbieden, een gevestigde waarde vraagt natuurlijk wat extra.
Qua styling hang je meestal vast aan wat je model in de kast heeft hangen. Maar ook dit moet passen in je verhaal. Wil je iets bijzonder uitwerken dan kan je altijd eens aankloppen bij een kledingzaak die misschien wel een kledingstuk wil uitlenen in ruil voor naamsvermelding. Je moet dan natuurlijk met een duidelijk project afkomen.
Een stylist kan ook hier weer een meerwaarde zijn. Deze weten perfect kledij te matchen met je idee. Een stylist is echter geen wandelende kleerkast dus deze kan je meestal niet echt helpen met het voorhanden hebben van kledij. Al hebben sommigen natuurlijk hun connecties.
Kritieke succesfactoren
Hoe goed je ook alles hebt voorbereid, soms kan je shoot toch niet doorgaan. Als het de dag van de shoot regent dat het giet en je wil een zomerse shoot doen, dan heb je een probleem. Heb je een binnenlocatie dan kan het nog steeds koud zijn en koude… dat zie je aan de foto.
Je kan niet alles voorkomen. Het weer is iets wat we echt niet onder controle hebben. Ik heb jammer genoeg ook al shoots moeten uitstellen. En dat is jammer voor die agenda’s die door iedereen geblokkeerd werden.
Maar je kan ook op sommige zaken anticiperen. Je kan wel in de koude fotograferen. Voorzie gewoon iets om je model te laten opwarmen: een deken, een klein vuurtje,… Of tussen de foto’s in even opwarmen in de auto, het kan allemaal.
Soms denken mensen dat de fotoshoots één en al glamour is maar dat is het niet. De luxe van de studio mis ik dan wel eens: lekker warm, gezellig, alles kan vlot verlopen, er zijn voorzieningen voor toilet, om te kleden,… Op locatie heb je dat meestal niet. En dan is het aan jou als fotograaf om de moeilijke omstandigheden toch zo aangenaam mogelijk te maken.
De shoot zelf
De shoot zelf is het moment dat alles in zijn plooi moet vallen.
Zorg voor volgende zaken:
- Wees zelf op tijd.
- Zorg dat je een duidelijke plaats van afspraak hebt.
- Probeer iedereen zoveel mogelijk te faciliteren (een deken tegen de kou, een paraplu tegen de zon, wat drinken,…).
- Probeer een aangename sfeer te creëren. Hoe aangenamer de sfeer op de set, hoe leuker de samenwerking en hoe vlotter alles loopt.
- Wees duidelijk in je communicatie. Zeg het als je iets wil proberen, of geef aanwijzingen als er iets niet goed is of beter kan.
- ….
Als je die zaken al in gedachten houdt dan kom je al heel ver. Het is dan aan jou om jouw kennis in praktijk te zetten, jouw beeld te maken. Iedereen rondom jou helpt om dat beeld te verkrijgen maar enkel jij kijkt door je zoeker en weet hoe het er uit zal zien.
En hou je niet in om toch eens af te wijken van je idee. Je werkt in een team. De persoon die op de foto komt heeft ook zijn of haar inbreng. Luister er naar. Dat is het mooie aan het fotograferen van mensen: je bent niet alleen. En het is niet omdat je de fotograaf bent dat je de keizer van de set bent. Je bent een deel van het geheel en samen maak je mooiere dingen dan als je dit alleen doet. Samen dingen maken is veel leuker. En ik schreef het daarnet al: als iets leuk is dan doet iedereen dat extra beetje moeite.
Over hoe je praktisch te werk gaat op de set kan ik veel uitleg geven maar dat zou ons te ver brengen en ook dit is iets wat ik liever live uitleg. Misschien komt er wel eens een les die je bij mij kan volgen hierover.
En dan?
Na de shoot zelf komt een heel belangrijk deel: de postproductie.
Een goed programma is noodzakelijk want hoewel de foto gemaakt wordt met je fototoestel, het is het digitaal ontwikkelen dat de foto tot leven brengt. Ik gebruik Lightroom, mijn digitale donkere kamer. Het is een programma dat de foto tot leven brengt.
Als je fotografeert in RAW bestanden dan kan je super veel doen in deze postproductie. Een ruw bestand (RAW) onthoudt namelijk alle digitale gegevens van je foto. Zo kan je in postproductie de witbalans goedzetten en moet je daar eigenlijk tijdens de shoot weinig rekening mee houden.
Als je fotografeert in Jpeg dan maakt het fototoestel voor jou al een interpretatie. En er worden ook veel minder digitale gegevens onthouden waardoor de speelruimte veel minder is.
Velen zeggen dat de hedendaagse fotograaf een computerspecialist is. En dan je met je computer alles mooi kan maken. Ik ga dat ontkennen. Het is waar dat je met die software een foto oppompt naar je zin maar je blijft wel hangen aan de foto die je gemaakt hebt; is de foto ter plaatse niet goed dan krijg je die in postproductie ook niet meer goed. En ja, photoshop bestaat ook nog maar ook dat heeft zijn grenzen. Trouwens, waar stopt fotografie en start creatie van een beeld?
Ik werk geregeld met presets, dat zijn een verzameling van bewerkingen die ik heb samengesteld. Zo kan ik met één muisklik een hele reeks bewerkingen in één keer doorvoeren. Natuurlijk moet er achteraf nog een hele hoop aangepast worden maar zo’n preset doet al redelijk veel in één keer.
Zo een preset maken kost tijd, al kan je natuurlijk dat ook op het internet kopen.
Wat kan je ermee doen?
Eens de foto’s klaar is het aan jou om ze te tonen aan de wereld. Dit kan op allerlei manieren. De meeste fotografen en hobbyisten hebben een instagram pagina waar ze hun werk aan de wereld tonen. Maar je hebt zoveel verschillende online platformen waar je met je foto’s terecht kan. Denk maar aan 500px, flickr, facebook, … maar ook op gespecialiseerde sites voor modellen, of op fora zoals belgium digital.
Dat zijn de online platformen natuurlijk. Daarnaast heb je nog andere mogelijkheden zoals prints of magazines.
Belangrijk is om te weten wat je wil bereiken met die foto’s. En minstens even belangrijk is dat je dit op voorhand ook bespreekt met de persoon die je fotografeert. Zomaar iemannd op het internet zetten is echt not done. Bespreek alles heel goed en zet het desnoods allemaal op papier zodat er geen discussies of onenigheden kunnen zijn.
Het is soms lastig om af te komen met een papiertje om te laten tekenen maar het zal enkel maar problemen vermijden. Het is soms beter om vooruitziend te zijn dan achteraf te moeten dweilen.
Duidelijkheid voor iedereen, dat is oh zo belangrijk. Voor iedereen die meewerkt aan je project.
Ik kon nog zoveel zaken bespreken die nu niet aan bod zijn gekomen en ja, ik ben ook veel niet in detail gegaan. Misschien dat ik er ooit een boek over schrijf. Neemt niet weg dat als je hier nog vragen over hebt je me deze zeker kan stellen. Alle opmerkingen tips of aanvullingen zijn zeker welkom.